‘Alle kinderen zijn doeners’
‘Alle kinderen zijn doeners’
Aan plannen om wetenschap en technologie te integreren in het reguliere lesaanbod is geen gebrek op CBS Rehoboth in Oldekerk. ‘Alle ingrediënten om er een succes van te maken hebben we in huis’, vertelt directeur Omke Bakker enthousiast. ‘Aan mij de taak om de voorwaarden te scheppen waarbinnen we met elkaar onze ambities vorm kunnen geven.’
Sinds twee jaar is Omke Bakker directeur van CBS Rehoboth. Ervaring met het invoeren van wetenschap en technologie in het lesprogramma deed hij op tijdens zijn directeurschap op zijn voorgaande school. In Oldekerk lag een nieuwe uitdaging, want CBS Rehoboth is een gecertificeerde IPC-school. Het team is daarvoor drie jaar op cursus geweest, dus het lag voor de hand om een verbinding te zoeken tussen IPC en wetenschap en technologie. Het team was het daar helemaal mee eens. ‘Overigens is wetenschap en technologie iets dat al regelmatig aan bod komt in de IPC-units die wij kiezen’, vertelt Omke. ‘Maar wij zijn van mening dat we het een nog prominentere plek moeten geven binnen het onderwijs op onze school.’
Meer aandacht voor de ‘doeners’
‘Dat zit zo. Toen ik op deze school kwam werken hadden we een groep acht met veel jongens, echte doeners’, legt Omke uit. ‘Zij hebben knetterhard gewerkt om goede resultaten te halen op de jaarlijkse Cito-toets, maar heel gelukkig werden ze daar niet van. Want we vroegen hen niet om te leren vanuit hun talenten. Toen dacht ik, dat moet anders. We moeten meer aandacht schenken aan de doeners.’
‘Aan het einde van dat schooljaar werkten we met de IPC-unit ‘vakantie’. Tijdens dat thema kwam het onderwerp ‘recreatie’ voorbij. We hebben contact gezocht met een bedrijf dat speeltoestellen maakt. De leerlingen van groep acht zijn daar op bezoek geweest en hebben onder begeleiding van de medewerkers picknicktafels gemaakt, die nu staan de pronken op het plein. Daarnaast hebben we contact gezocht met Terra Oldekerk om te onderzoeken of we gebruik zouden kunnen maken van hun technieklokaal. Dat is gelukt. Ook het kooklokaal mochten we gebruiken. We hebben in beide lokalen een workshop voor de leerlingen georganiseerd. Het plezier en het enthousiasme van de kinderen was zo groot dat we besloten om op deze weg verder te gaan. Hier ontstond de basisgedachte van onze visie: de wereld van de dingen is voor kinderen primair een doe-wereld en alle kinderen zijn ‘doeners’. Ze kijken en denken met hun handen.’
In vier stappen naar een stevige basis
‘Met dat uitgangspunt zijn we verder aan de slag gegaan. Het is verleidelijk om vanuit je enthousiasme direct te beginnen maar voordat je uitvoering gaat geven aan je plannen vind ik dat je moet zorgen voor een stevige basis’, zegt Omke. ‘Je kunt dit tenslotte maar één keer goed invoeren. De start moet goed zijn. We hebben inmiddels een heel traject achter de rug.’
‘De eerste stap was oriënteren en kennis verzamelen. Ik heb vijf webinars (via TechniekTalent.nu) gevolgd over het implementeren van wetenschap en technologie in het curriculum. Steeds volgde er daarna een terugkoppeling naar het team. Het team is middels enkele presentaties bijgepraat over de mogelijkheden van de inzet van Techniektorens en de aanpak van Maakkunde. We onderzochten wat Stichting Leerplanontwikkeling (SLO) als doelen voor wetenschap- en technologieonderwijs hanteert en we hebben gekeken hoe we dit zouden kunnen verbinden aan onze eigen mogelijkheden en ambities. Na verschillende teamsessies hadden we een mooi visiedocument.’
‘De tweede stap was het vinden van financiering om onze plannen te kunnen uitvoeren. Quadraten, ons schoolbestuur, heeft een bedrag gereserveerd voor scholen die een impuls willen geven aan een innovatietraject. Ons visiedocument, wetenschap en techniek, werd goed ontvangen en het aangevraagde budget werd toegekend. Hetzelfde gold voor Bètapunt Noord waar we een aanvraag voor financiering deden via de Innovatieregeling. Inmiddels hebben we verschillende materialen aangeschaft zoals een leerlijn programmeren voor de hele school. We denken erover om de Techniektorens aan te schaffen. De stapsgewijze aanpak geeft de kinderen kennis en leert ze een specifieke vaardigheid, bijvoorbeeld hoe een stroomkring werkt. De vrijheid van IPC moet ze vervolgens uitdagen om deze kennis en vaardigheden in nieuwe situaties toe te passen.
‘Stap drie betreft de koppeling van wetenschap- en technologie met de IPC-units. Aan enthousiasme in het team ontbreekt het niet’, lacht Omke. ‘In iedere bouw werken mensen met belangstelling voor wetenschap en technologie. De algemene houding wordt gekenmerkt door nieuwsgierigheid en een onderzoekende instelling, passend bij de benadering van IPC. Maar om de aanpak te borgen zijn er kartrekkers nodig. Inmiddels hebben we een projectteam bestaande uit de coördinator onderzoekend leren, de coördinator IPC en de coördinator techniek die de collega’s gaan ondersteunen en er samen voor gaan zorgen dat het onderwerp op de agenda blijft staan. Zij stellen een beredeneerd aanbod op waarin zowel de kennis als de vaardigheden die de leerlingen per leerjaar moeten verwerven zijn beschreven. Zo kunnen de collega’s zien welke kennis en vaardigheden aan bod moet komen. En, heel belangrijk, ze kunnen voortbouwen op dat wat er in voorgaande leerjaren is behandeld.’
‘Ook onderlinge uitwisseling vinden we van belang’, vertelt Omke. ‘We hebben dit jaar negen margemiddagen. Iedere middag willen we tijd reserveren voor wetenschap en technologie zodat de collega’s aan elkaar kunnen presenteren wat ze hebben gedaan. Ook kunnen er dan schoolbrede thema’s in de steigers worden gezet. Dit zullen er op jaarbasis twee of drie zijn.’
‘Verder zullen de collega’s per bouw nauwer gaan samenwerken. Leerkrachten onderbouw bedenken bijvoorbeeld samen opdrachten gerelateerd aan IPC-units voor kleuters, datzelfde gebeurt in de middenbouw en bovenbouw. De gedachte hierachter is dat je elkaar scherp kunt houden en dat je samen creatiever bent dan in je eentje. Het werkt heel fijn om iemand te hebben waarmee je kunt sparren.’
‘We zijn nu toe aan stap vier, de uitvoering’, vertelt Omke. ‘De stap waar alles samenkomt. Daar gaan we dit schooljaar mee aan de slag. Onze leerlingen zijn gewend om te werken in een circuitmodel. Een IPC-onderwerp komt dan terug bij vakken als aardrijkskunde, geschiedenis, taal, rekenen etc. Voor ieder vak is er dan een ‘station’ met opdrachten gerelateerd aan de IPC-unit. Wetenschap en technologie gaat een plek krijgen in dit circuit. Maar omdat het hier vaak zal gaan om ‘doe-dingen’ is extra begeleiding gewenst. Ik zie het zo voor me: de leerkrachten bedenken de opdrachten en een team van begeleiders, bestaande uit onze twee conciërges en een groepje ouders, zorgen voor de begeleiding tijdens de activiteit. Dit heb ik bijna rond. Ook de contacten met Terra Oldekerk ga ik weer aanhalen. Mogelijk kunnen we de donderdagmiddag weer gebruikmaken van hun techniek- en kooklokaal. En ik ga mijn best doen om samenwerkingen op te starten met bedrijven in de omgeving van de school.’
Een goed begin is alles
‘We zijn dus al heel ver. We hebben een visie, geld en een goed beeld van hoe we alles willen organiseren en uitvoeren. Maar daarmee zijn we er nog niet’, benadrukt Omke. ‘Wetenschap en technologie zit namelijk niet in spullen of scholing, maar in mensen. Die moeten enthousiast zijn én blijven. Daarin zie ik een belangrijke rol voor mij als de directeur van de school. Het is mijn taak om te luisteren en voorwaarden te scheppen. Ik moet ervoor zorgen dat mijn collega’s hun werk kunnen doen. Ik ben ervan overtuigd dat een goed begin alles is. Iedereen moet van een eerste keer energie krijgen zodat de motivatie om ermee door te gaan blijft. Na al het voorbereidende werk hebben we ontzettend veel zin om te beginnen. Kom over een jaar nog eens langs, dan kun je zien wat we met de leerlingen hebben bereikt!’
Wil je meer weten over de aanpak van deze school of leren van de ervaringen van dit team? Voor meer informatie kun je contact opnemen met Omke Bakker, directeur van CBS Rehoboth o.bakker@quadraten.nl.
IPC
Het International Primary Curriculum (IPC) is een curriculum voor groep 1 t/m 8 waarin leren centraal staat, maar dan wel middels boeiende, actieve en zinvolle lessen. Het uitgangspunt van IPC is dat kinderen op een zo effectief en leuk mogelijke manier leren, op basis van hoge verwachtingen. Binnen deze aanpak is er voor kinderen ruimte om te leren vanuit hun eigen talenten en om te bouwen aan zelfvertrouwen. Binnen IPC wordt een betekenisvol onderwerp vanuit meerdere vakgebieden belicht, zodat er samenhang ontstaat. Iedere unit (een thema bestaande uit verschillende opdrachten, verdeeld over meerdere vakgebieden) wordt op een spetterende manier geïntroduceerd om de interesse van de kinderen te wekken. Daarna volgt er een kennisoogst. Wat kinderen al weten over een onderwerp hoeven ze immers niet meer te leren. Vervolgens verdiepen de leerlingen zich vanuit verschillende perspectieven in het onderwerp. Het geheel wordt afgesloten met presentaties waarin de kinderen laten zien wat ze hebben ontdekt en geleerd. IPC draagt bij aan de ontwikkeling van de 21ste-eeuwse vaardigheden vanuit een ontwikkelingsgerichte benadering waarbij de focus ligt op de ontwikkeling van de persoonlijke identiteit bij kinderen.